Dit moet ongewenste omgangsvormen op de werkvloer terugdringen en bijdragen aan een veilige werkomgeving voor alle werknemers. Tevens moet het wetsvoorstel de positie van de vertrouwenspersoon in de organisatie versterken.

Beleid ongewenste omgangsvormen

Op grond van de Arbeidsomstandighedenwet is iedere organisatie verplicht om als onderdeel van het arbeidsomstandighedenbeleid een beleid te voeren in het kader van psychosociale arbeidsbelasting. Bij dit laatste gaat het om zaken als discriminatie, agressie en geweld, seksuele intimidatie en intimidatie. Ongewenst gedrag binnen organisaties moet te allen tijde worden voorkomen.

De Inspectie SZW stelt dat ruim 1,2 miljoen mensen op hun werk te maken krijgen met ongewenste omgangsvormen zoals pesten en intimidatie. Dit heeft mogelijk gevolgen voor de gezondheid van werknemers en de werksfeer. Een vertrouwenspersoon kan bijdragen aan het verminderen van ongewenst gedrag op de werkvloer. Bij de vertrouwenspersoon kan de werknemer in vertrouwen zijn verhaal kwijt en de vertrouwenspersoon kan de organisatie adviseren over beleid.

Taken vertrouwenspersoon

De vertrouwenspersoon heeft de volgende taken:

  • het opvangen, begeleiden en adviseren van de werknemer, en zo nodig doorverwijzen naar een professionele hulpverlener;
  • het eventueel inschakelen van een deskundige of bemiddelaar bij conflicten die verband houden met ongewenste omgangsvormen;
  • het adviseren over en behulpzaam zijn bij eventueel verder te nemen stappen door de werknemer, en het verlenen van nazorg;
  • het signaleren van knelpunten in de uitvoering van het beleid, het verstrekken van inlichtingen over de mogelijkheden tot voorkoming en bestrijding van ongewenste omgangsvormen en het geven van gevraagd of ongevraagd advies aan de werkgever en de ondernemingsraad (OR) of personeelsvertegenwoordiging (PVT) over bedoelde ongewenste omgangsvormen;
  • het geven van voorlichting ter zake van ongewenste omgangsvormen en informatie over de inhoud van de functie van de vertrouwenspersoon en diens bereikbaarheid, en
  • het uitbrengen van een jaarverslag aan de werkgever en de OR/PVT. 

Deskundig

De vertrouwenspersoon moet over voldoende deskundigheid en ervaring beschikken en heeft een geheimhoudingsplicht.

De werkgever kan kiezen voor interne of externe vertrouwenspersonen dan wel voor een combinatie van beiden. Kleinere werkgevers zullen veelal kiezen voor een externe vertrouwenspersoon.

Let op! De verplichting tot het aanstellen van een vertrouwenspersoon geldt niet voor de werkgever die werknemers arbeid laat verrichten voor een tijdsduur van in totaal maximaal 40 uur per week. Dit betekent dat iedere werkgever die 1 fte of meer in dienst heeft, al onder deze wetgeving valt.

Let op! Ook al geldt er momenteel nog geen wettelijke verplichting tot het aanstellen van een vertrouwenspersoon, de handhavende instantie, de Inspectie SZW, controleert hier wel op.